Wij Nederlanders zijn er maar al te goed in: klagen. We klagen over het weer, over de files, over sociale verplichtingen en natuurlijk klagen we ook graag over ons werk. Soms kan het lekker zijn om je hart te luchten en te mopperen over wat je allemaal niet zint. Maar pas op: maak van klagen geen dagelijkse gewoonte. Dat komt je humeur, je relaties met anderen én je carrière niet ten goede.
Klagen doen we natuurlijk niet voor niets. Vaak is een negatieve gebeurtenis de aanleiding. Een onderzoek van TU Eindhoven toonde aan dat vervelende gebeurtenissen op het werk je emoties en je betrokkenheid bij het werk nog dagenlang negatief kunnen beïnvloeden. Maar, zo ontdekten de onderzoekers: dat effect wordt tenietgedaan als je ‘sportief’ omgaat met zo’n voorval en er niet over klaagt.
Dat betekent dus dat als je tegenslagen, afleidingen en ergernissen op het werk kunt tolereren zonder te klagen, je vaker positieve emoties en betrokkenheid ervaart op je werk. Dit komt omdat je je zo minder een slachtoffer voelt van de omstandigheden, en de gebeurtenissen beter kunt relativeren. Als je klaagt, zo schrijven de onderzoekers, bevestig je jouw eigen negatieve gevoelens en veranker je die in je hersenen, waardoor je een vervelende gebeurtenis groter of belangrijker maakt dan die misschien is. De impact ervan wordt dan ook groter: je voelt je er veel langer rot over dan nodig.
Uiteraard geldt dit advies voor kleine, eenmalige incidenten: een collega die een keer zijn rommel vergeet op te ruimen, een klant die onaardig reageert of een foutje in het werk dat niet is opgemerkt. Is er echt iets heel vervelends gebeurd of zijn er structurele misstanden, trek dan aan de bel bij de juiste personen, zodat er actie kan worden ondernomen.
Het vervelende van klagen is vaak dat het blijft bij het uiten van negatieve gevoelens, zonder dat je actie onderneemt. Dan wordt het zeuren, zeker als het over relatief onbenullige zaken gaat, of over zaken die je zou kunnen veranderen. Ben jij een persoon die zich snel ergert, die altijd de onvolmaaktheden benoemt en die vaak boos, gefrustreerd of verontwaardigd is? Let dan eens goed op bij jezelf: wanneer ben ik aan het klagen, terwijl ik ook zou kunnen accepteren of relativeren? Hoe belangrijk is dit onderwerp voor me? Kan ik mijn irritatie omzetten in actie zodat ik een positieve verandering teweeg kan brengen?
Vraag jezelf ook af: wat levert het klagen mij op? Voel ik mij nog betrokken bij de organisatie of ben ik eigenlijk al afgehaakt? Welke collega’s trek ik aan met mijn gedrag en wie stoot ik af? Ga ik om met mensen die mij positieve energie geven of die mij energie kosten? Veel mensen vinden het niet prettig om veel tijd te spenderen met iemand die veel klaagt, omdat het hun gemoedstoestand negatief beïnvloedt. Het resultaat is dat je overblijft met een groepje klagers dat elkaar steeds verder de put in praat.
Een ander gevaar van klagen is dat collega’s en leidinggevenden minder snel geneigd zijn om jou te vragen voor een leuk klusje of nieuwe rol. Want door al dat gemopper straal je niet uit dat je veel zin hebt in je werk. Ook is het niet heel fijn om samen te werken met iemand die veel negatieve opmerkingen maakt.
Wil je minder klagen? Kijk dan ook eens naar je eigen verwachtingen. Je ongenoegen uiten heeft er namelijk veelal mee te maken dat de realiteit niet overeenkomt met wat je ervan had gehoopt. Zijn jouw verwachtingen realistisch? Of stel je te hoge eisen? Als dat laatste het geval is, probeer dan eens je verwachtingen naar beneden bij te stellen of helemaal niets te verwachten en jezelf te laten verrassen. Bedenk dat anderen ook maar mens zijn met hun eigen verleden, onzekerheden en uitdagingen. Iets minder streng zijn voor anderen – én voor jezelf! – zal ervoor zorgen dat je minder gespannen en pessimistisch kunt zijn in situaties.
Een andere manier om je klaaggewoonte te doorbreken is het gezelschap opzoeken van de wat meer optimistische collega’s en van hen te leren. Ben nieuwsgierig en stel vragen: hoe gaan zij om met tegenslagen en teleurstellingen? Hoe zit het met hun verwachtingen? Wat doen ze als ze geïrriteerd, boos of gefrustreerd zijn? Iemand die deze zaken van nature heel anders aanpakt zal hier misschien nooit over hebben nagedacht, maar vaak is het dan des te leuker om daar eens over te praten.
Stoppen met klagen heeft dus voordelen, want – last but not least – alle energie die je níet steekt in zeuren, zuchten en piepen, kun je steken in zaken waar je wél energie van krijgt. Dit geldt natuurlijk voor werk én privé. Ga bij jezelf na wat je belangrijk en leuk vindt en ga daarmee aan de slag. Dan zal je zien dat je klaaggewoonte al snel tot de verleden tijd kan behoren.
Gea Peper is oprichter van het HappinessBureau, dat als doel heeft werkgeluk in organisaties te vergroten, en is hoofddocent van de opleiding Werkgelukdeskundige aan diverse hogescholen. Gea is co-auteur van de boeken ‘Employee Experience – Happy People Better Business’ en ‘Werken aan Werkgeluk’.